Beleid
Participatiewet
In de tabel en grafiek hieronder staat het verloop van het aantal uitkeringen op grond van de Participatiewet over 2018 opgenomen. Uit de tabel blijkt dat na een daling in het tweede tertiaal het aantal uitkeringen in het derde tertiaal weer stijgt. Dit heeft te maken met seizoensinvloeden.
In onderstaande tabel is te zien hoeveel mensen er in de betreffende periode op basis van een loonkostensubsidie bij een werkgever aan het werk zijn. Hier gaat het om de doelgroep mensen met een arbeidsbeperking. Deze doelgroep werkt in een zogenaamde afspraakbaan.
Vanaf september 2018 houden we bij hoeveel statushouders er een taalstage volgen. Dit is een stage bij een werkgever, waar de aandacht met name ligt op het verwerven van de taal.
In onderstaande tabel is te volgen hoeveel mensen er gemiddeld in de betreffende periode parttime werken, waarbij het noodzakelijk is om aanvullende bijstand te verstrekken. Hier gaat het met name om de doelgroep alleenstaande ouders, die vanwege de zorg voor de kinderen niet in staat zijn om fulltime te werken.
Met het bijhouden van onderstaande gegevens wordt inzichtelijk gemaakt wat de impact is van onze consulenten werk. Het doel van de consulenten werk is om uitstroom uit de uitkering te realiseren. Soms is het noodzakelijk om hiervoor eerst een werkervaringsplaats of een proefplaatsing aan te bieden. Dit zien wij als een mooie opstap naar werk. Daarnaast kunnen we zien hoeveel niet-uitkeringsgerechtigden er door ons toedoen werk krijgen. En tot slot staat onder ‘Plaatsing’ hoeveel personen er parttime of fulltime werk hebben verkregen.
WMO
Binnen de WMO kennen we een aantal verschillende regelingen.
Rolstoelen, hulpmiddelen, vervoer e.d.
De gemeente is al een groot aantal jaren verantwoordelijk voor deze voorzieningen, aanvankelijk onder de naam Wet voorzieningen gehandicapten.
Het beleid voor deze voorzieningen in actueel en de uitvoering kende in 2018 geen bijzonderheden.
Huishoudelijke hulp
De verantwoordelijkheid voor de huishoudelijke hulp is de volgende aan de WMO toegevoegde taak waarvoor we als gemeente verantwoordelijk zijn. Anders dan veel andere gemeenten hebben we ons beleid voor huishoudelijke hulp ook na 1 januari 2015 voortgezet. Momenteel zijn we de verdere doorontwikkeling aan het voorbereiden. In 2018 heeft een nieuwe aanbesteding plaatsgevonden samen met de gemeente Noordenveld. De huidige werkwijze is conform de uitspraken van de CRvB en de AmvB.
Ondersteuning en begeleiding
De ondersteuning/begeleiding is op 1 januari 2015 van de AWBZ naar de WMO gegaan. Langzaam maar zeker krijgen we zicht op de kenmerken van deze doelgroep. Aanvankelijk was onze verwachting dat mensen in deze groep vrij permanent een voorziening vanuit de WMO nodig zouden hebben. Nu blijkt dat mensen vaak toch kleine stapjes vooruit kunnen zetten die voor hun ontwikkeling en hun gevoel van welbevinden van groot belang zijn. En dat past dan weer prima bij de doelstelling van de WMO: beperkingen zo veel mogelijk wegnemen of ondanks beperkingen zoveel mogelijk meedoen. Het betekent ook dat we aan deze doelgroep meer tijd en aandacht moeten geven dan we vooraf verwacht hadden.
Soms lopen we daarbij tegen een specifiek probleem aan. Veel zorgaanbieders hebben een breed aanbod en willen dat ook zoveel mogelijk inzetten voor hun klanten. Toch kan soms een voorziening bij een andere zorgverlener beter passen. Het is soms lastig om de huidige zorgverlener daarin mee te krijgen. Overigens gaat het de zorgverleners dan niet alleen om geld maar ook om de wens om de klant zo goed mogelijk te helpen. Om dit verder te stimuleren hebben we een regionaal kwaliteitsteam.
Begeleid wonen en Maatschappelijke Opvang
Vanaf 1 januari 2021 zullen we als gemeenten ook de taak begeleid wonen zelf moeten gaan uitvoeren. Nu is dat nog belegd bij een aantal centrumgemeenten. In ons geval is dat Assen. Al in 2017 zijn we in goed overleg met Assen gestart met de voorbereidingen om te kijken hoe we ook deze taak zo goed mogelijk kunnen uitvoeren.
Transformatie en formatie
De transformatie in de WMO kent diverse onderdelen. Dat vraagt een integrale benadering en dus afstemming tussen alle betrokken partijen, zoals gemeente, zorgverleners, woningbouwverenigingen e.d. We hebben daar ook in 2018 aan gewerkt, onder andere in het WelWoZo overleg en in de wijkteams 23+. Het wordt ook zichtbaar in contacten tussen gemeentelijke consulenten en zorgverleners.
Tegelijk hebben we gemerkt dat de integrale benadering ook iets nieuws vraagt van de WMO-consulenten. Zij moeten hulpvragen breed en integraal kunnen beoordelen. Zowel kwalitatief als kwantitatief. In 2018 hebben we meer grip gekregen op de Wmo en zijn er voorbereidingen getroffen voor de verdere beleidsontwikkeling.
Aantallen
In onderstaande tabellen en grafieken staat het verloop van het aantal Wmo-voorzieningen over 2018 opgenomen. Over het gehele jaar gezien blijven de aantallen vooralsnog redelijk constant. Door de vergrijzing, het abonnementstarief en de extramuralisering verwachten we in de toekomst een stijging.
Jeugdzorg
We werken samen in de regio Noord en Midden Drenthe. We hebben in 2018 opnieuw de zorg kunnen leveren die nodig was.
In 2018 hebben we circa 1,5 miljoen meer uitgegeven dan begroot. Een bedrag van circa € 300.000,- bestaat uit kosten uit 2017. Effectief betekent dit dat we zowel in 2017 als in 2018 een tekort op de jeugdzorg hebben van circa € 1,2 mln.
Om de transformatie van de Jeugdzorg verder vorm te geven, hebben we als gemeente in elk geval invloed nodig op het grootste deel van de Jeugdzorg die we financieren. Momenteel gaat de meeste zorg via huisartsen en andere artsen. Daarom zijn we met hen bezig om een POH-jeugd toe te voegen aan de huisartsenpraktijken. Daarnaast wordt d.m.v. de nieuwe inkoop in NMD-verband nadrukkelijker gestuurd op preventie en financiële beheersing.
In onderstaande tabel staat het aantal jeugdvoorzieningen op 31-12-2018 opgenomen.